Exam 1

  1. Metainformation

    Tag Value
    fileInferential_Statistics_uu-Twoway-ANOVA-801-nl_uu-Twoway-ANOVA-801-nl
    nameuu-Twoway-ANOVA-801-nl.Rmd
    sectionInferential Statistics/Parametric Techniques/ANOVA/Twoway ANOVA
    typeschoice
    solutionFALSE, FALSE, TRUE, FALSE
    TypeTest choice
    LanguageDutch
    LevelStatistical Literacy

    Question

    Prof. J. Richardson doet onderzoek naar dagelijks gedrag. Een van de dingen die onderzocht worden is hoe lang en hoe vaak mensen met een hond als huisdier ook daadwerkelijk met hun hond wandelen. Prof. Richardson denkt dat de lengte van de wandelingen wel eens samen kunnen hangen met leeftijd, want oudere mensen zijn meer thuis dan wat minder oude mensen die de hele dag moeten werken. Hij besluit om leeftijd te operationaliseren als wel of niet met pensioen. Ook kijkt hij naar locatie, waarbij hij bepaalt of de mensen vlak bij een park/buitengebied wonen (lekker om in te wandelen) of niet (bijvoorbeeld in de binnenstad).

    Om de gemiddelde lengte van de wandelingen te vergelijken aan de hand van leeftijd en locatie, welke analyse techniek moet hij hier gebruiken?


    1. FALSE: Regressieanalyse
    2. FALSE: Punt-biseriële correlatie
    3. TRUE: Tweeweg ANOVA
    4. FALSE: Eenweg ANOVA

    Solution

    Er zijn in dit verhaal drie variabelen: 1) leeftijd (wel/niet pensioen), dichotoom, dus nominaal meetniveau 2) locatie (vlak bij een park/niet vlak bij een park), dichotoom, dus nominaal meetniveau 3) Lengte wandelingen (meters of km bijvoorbeeld), ratio, meetniveau

    Het gaat er hier om dat de gemiddelde lengtes worden vergeleken tussen de leeftijds- en locatiegroepen, dan is de tweeweg ANOVA het meest geschikt. Er zijn namelijk twee factoren (leeftijd en locatie) en één afhankelijke variabele (lengte wandeling)

    Een eenweg ANOVA kan niet, omdat je dan maar 1 factor hebt. Bij een regressie heb je ook maar 2 variabelen, plus dat beide variabelen van minimaal interval meetniveau moeten zijn. Een punt-biseriële correlatie kan ook niet omdat je ook maar 2 variabelen hebt; 1 dichotoom, de ander minimaal interval meetniveau. Daar is hier geen sprake van.


    1. Dit antwoord is incorrect.
    2. Dit antwoord is incorrect.
    3. Dit antwoord is correct.
    4. Dit antwoord is incorrect.