Exam 1

1. Metainformation

   Tag	Value
   file	Inferential_Statistics_eur-inferential_statistics-220-nl_eur-inferential_statistics-220-nl
   name	eur-inferential_statistics-220-nl
   section	Inferential Statistics/NHST/p-value
   type	schoice
   solution	FALSE, FALSE, TRUE, FALSE
   Type	Conceptual
   Program
   Language	Dutch
   Level	Statistical Literacy

   Question

   In een herhaald metingen design met angst als uitkomstvariabele en de variabele stimulus (neutraal, afbeelding van spin, echte spin) als ws-factor, zijn post-hoc tests uitgevoerd voor het significante hoofdeffect van stimulus.

   Het gemiddelde verschil tussen neutrale en echte spinnen is 3,5. De post-hoc test voor dit verschil in SPSS resulteert in t(7) = -4,78, p = .002 (tweezijdig). Wat betekent deze p-waarde?

   De bovenstaande p-waarde geeft aan dat de kans op het vinden van:

   
   
   1. FALSE: Een gemiddeld populatieverschil tussen neutrale en echte spinnen van 0 is .002 of extremer.
   2. FALSE: Een gemiddeld steekproefverschil tussen neutrale en echte spinnen van plus of min 3,5 is .002.
   3. TRUE: Een gemiddeld steekproefverschil tussen neutrale en echte spinnen van plus of min 3,5 of extremer wanneer het populatieverschil gelijk is aan 0 is .002.
   4. FALSE: Een gemiddeld steekproefverschil tussen neutrale en echte spinnen dat significant is in de populatie wanneer het populatieverschil gelijk is aan 0 is .002 of extremer.
   
   

   Solution

   De p-waarde vertegenwoordigt de waarschijnlijkheid dat het gevonden steekproefresultaat (in dit geval een verschil tussen de groepen van 3,5 punten) of extremer is als de nulhypothese waar zou zijn.

   
   
   1. Onwaar
   2. Onwaar
   3. Waar
   4. Onwaar