Exam 1

  1. Metainformation

    Tag Value
    fileInferential_Statistics_eur-inferential_statistics-219-nl_eur-inferential_statistics-219-nl
    nameeur-inferential_statistics-219-nl
    sectionInferential Statistics/Regression/Equation, Inferential Statistics/Regression/Dummies, Inferential Statistics/Regression/Simple linear regression
    typeschoice
    solutionFALSE, TRUE, FALSE, FALSE
    TypeInterpreting output
    Program
    LanguageDutch
    LevelStatistical Literacy

    Question

    Een psycholoog voert een ANCOVA uit met de afhankelijke variabele Y, de intersubjectfactor ‘groep’ (1, 2, 3) en de covariaat X met een gemiddelde van 110. Dit resulteert in de volgende SPSS-uitvoer:

    B Std.Error t Sig LowerboundCI UpperboundCI Partial_Eta
    22.961 6.313 3.637 0.001 9.984 35.939 0.337
    1.139 0.282 4.031 0.000 0.558 1.719 0.385
    0.191 1.878 0.102 .920 -3.669 4.051 0.000
    5.008 1.831 2.735 0.011 1.244 8.773 0.223
    0(a)

    Wat kan uit bovenstaande tabel worden afgeleid over het aangepaste gemiddelde van groep 3?


    1. FALSE: Het verschilt statistisch niet van 0
    2. TRUE: Het is gelijk aan 22,961 + 1,139 × 110
    3. FALSE: Het is significant lager dan het aangepaste gemiddelde van groep 1
    4. FALSE: Er kan niets worden afgeleid over het aangepaste gemiddelde van groep 3, omdat dit de referentiegroep is.

    Solution

    Het aangepast gemiddelde is het gemiddelde van een groep wanneer de covariabele zijn gemiddelde waarde heeft. Met andere woorden, het is het gemiddelde van een groep gecorrigeerd voor het covariaat. De B-waarden in de tabel geven het verschil weer tussen het aangepaste gemiddelde van de relevante groep en het aangepaste gemiddelde van de referentiegroep.

    Je kunt het aangepaste gemiddelde van groep 3 krijgen door de regressieformule uit te schrijven en voor elk van de andere groepen (of de dummy’s) een 0 in te voeren. Voor de covariate vult u de gemiddelde waarde in (in dit geval 110). Dit zie je bij antwoord B.

    Gegevens voor groep 3 ontbreken, omdat zij de referentiegroep zijn. Verder geeft de B-waarde voor groep 1 inderdaad het verschil weer tussen groep 1 en de referentiegroep (in dit geval groep 3), maar de tabel laat zien dat dit verschil niet significant is (p = .920).


    1. Onwaar
    2. Waar
    3. Onwaar
    4. Onwaar